Mana Pools National Park
In het hart van de Zambezi vallei, ver afgelegen in het uiterste noorden van Zimbabwe, ligt het paradijselijke Mana Pools. Samen met vijf andere safarigebieden - Charara, Hurungwe, Sapi, Dande en Chewore - behoort Mana Pools tot UNESCO werelderfgoed.
Het uitgestrekte landschap omvat 219.600 hectare aan prachtige natuur en is omgeven door de levensvolle aders van de Zambezi rivier. Op de achtergrond doemen de mystieke bergen van de kloofvallei op aan de Zambiaanse grens, wat overvloeit in het Lower Zambezi National Park. De altijd vochtige uiterwaarden en grasvlakten trekken veel wilde dieren aan, waarvan de zwemmers vrij kunnen migreren naar buurland Zambia.
In Mana Pools kun je grazende nijlpaarden zien rondstruinen, steken olifanten de rivier over en denderen honderden buffels en antilopen over de glooiende vlaktes, terwijl roofdieren hun kans afwachten om toe te slaan.
Natuur in Mana Pools
Mana betekent ‘vier’ in de lokale Shona taal. Het verwijst naar vier overgebleven riviergeulen - Main, Chine, Long en Chisambuk - die onderdeel uitmaken van de Zambezi, maar jaren geleden stopten met stromen. Tijdens het regenseizoen vormen deze natuurlijke geulen vier grote waterpoelen, waarvan Long Pool met zes kilometer de grootste is. Deze permanente waterpoelen vormen een belangrijke basisvoorziening voor dieren om te kunnen overleven.
Naast het zelfvoorzienende ecosysteem rond de Zambezi rivier, wordt Mana Pools afgewisseld met een rijke biodiversiteit van dicht struikgewas, open graslanden en bos. Denk hierbij aan mahonie, acacia, mopane bomen en baobabs die belangrijke voedselbronnen vormen voor olifanten, buffels, antilopen en insecten. Ook zijn er diverse eilandjes te vinden in de Zambezi.
Dieren in Mana Pools
Met name tijdens het droge seizoen (mei tot en met oktober) is Mana Pools een walhalla voor krokodillen, olifanten, nijlpaarden en watervogels. Wildlife is het beste te zien van augustus tot eind oktober. Welke dieren komen er voor?
1. Grazers
De dynamische biodiversiteit van dichte begroeiing tot open grasvlakten en water zijn een ideale omgeving voor grazers. Antilopen gedijen hier goed. Hier spot je gemakkelijk kuddes impala’s, dikdiks, kudu’s, waterbokken, steenbokken en de imposante eland, de grootste soort van de antilope familie.
Daarnaast zijn er zebra’s, wrattenzwijnen, grote aantallen nijlpaarden en meer dan 12.000 buffels en olifanten in Mana Pools. Bij veel herbivoren zijn de zaaddozen van de Faidherbia Albida, oftewel de appelring acacia, ook zeer geliefd. Olifanten plukken ze uit de bomen of ze vallen op de grond. De uitgestrekte velden die nu nog geel en droog zijn, veranderen tijdens het regenseizoen in rap tempo in een groen buffet, waar de grazers zich tegoed aan doen.
2. The Big Four
Behalve de neushoorn heb je in Mana Pools veel kans om de Big Four te zien: olifant, buffel, leeuw en luipaard. De eerste drie hebben we al gespot. Het schuwe luipaard, vooral ’s nachts actief, is lastiger te vinden. Maar tijdens een avond game drive kun je geluk hebben. Zo treffen we met behulp van een infraroodlamp nabij de rivierbank een luipaard zittend op een termietenheuvel onder een boom. Het dier wacht z’n kans af om op een groepje impala’s af te stormen, die dertig meter verderop grazen.
Onverwachts doemt er een olifant met haar kalf op uit de duisternis. Ongemerkt komt ze wel heel dicht bij het luipaard. We houden onze adem in. Het luipaard blijft echter roerloos zitten, en valt niet aan. Het wil zichzelf niet verraden, want anders nemen de impala’s de benen. En je wilt het niet aan de stok krijgen met een boze olifantenmoeder. De olifanten struinen verder en het luipaard wacht geduldig af, want de avond is nog jong.
3. Vogels
Ook als vogelliefhebber kom je goed aan je trekken in Mana Pools. Het park telt maar liefst 400 à 450 verschillende soorten, wat dus vooral te danken is aan het waterrijke gebied. Het zorgt voor een mooie mix van grote watervogels als kraanvogels, reigersoorten (bijvoorbeeld de roodbuikreiger), ibissen en minder gebruikelijke vogels als de langteenkieviet, de goudsnip en Afrikaanse watertrapper.
Denk ook aan kleine waterhelden, zoals ijsvogels, wevers en bijeneters. De prachtige zuidelijke karmijnrode bijeneter met zijn felrode en turquoise kleuren migreert vanuit midden- en zuidelijk Afrika naar deze plek. Verder vind je er talloze zangvogels, neushoornvogels en roofvogels, waaronder de kleine grijze slangenarend, de Afrikaanse zeearend, de pels visuil en de kapgier.
Zeldzame soorten als steltloper de driebandrenvogel, de zwart-witte Arnots miertapuit en de kleine papegaai Lillian’s lovebird, vliegen ook geregeld rond. Een goede verrekijker is dus zeker een must!
Wat te doen in Mana Pools?
Welke activiteiten kun je doen in Mana Pools Nationaal park?
1. Wandelsafari
Mana Pools is het enige park in Zimbabwe waar je zonder begeleiding een walking safari mag maken. Echter is het niet aan te bevelen, vanwege de vele roofdieren en hoge populatie van olifanten en nijlpaarden, waarmee in het verleden ongelukken zijn gebeurd met onvoorzichtige reizigers. Onze tip is om op pad te gaan met een ranger of gids, die het gebied goed kent en voor veiligheid zorgt.
Wij wandelen met onze gids Joshua Magaya, die sinds 2019 werkt in de concessie rond Chikwenya die touroperator Wilderness beheert. Hier zijn negen luxe safaritenten – inclusief twee familietenten- te vinden met uitzicht op het waterrijke leven rond de Zambezi. In deze privé-concessie mogen alleen gasten het gebied betreden.
Josh kent het gebied van haver tot gort, en weet ons allerlei interessante details te vertellen. Na een boottocht van een half uur gaan we aan wal bij een van de eilandjes in de Zambezi. “Dit is het territorium van zes leeuwen. Ze verblijven hier lange periodes, want met 4 kilometer omvang is het groot genoeg voor grazers als antilopen en zebra’s, en dat betekent voldoende voedsel voor de leeuwen. En als ze moeten, steken de leeuwen de rivier over op het nauwste punt, naar het andere eiland”, vertelt Josh.
Op dit eiland rijden geen voertuigen en omdat de boot naar de andere kant van de waterkant vaart en ons daar oppikt, zijn we nog meer op onszelf aangewezen. De zon brandt, ook al is het nog vroeg in morgen. “Geen zorgen”, zegt Josh. “Ik heb een walkie-talkie en mijn stalen vriend bij me, dus er kan ons niets overkomen.” Hij wijst naar zijn geweer. Het wapen is een uiterste redmiddel. De gidsen van Wilderness zijn goed opgeleid en zullen altijd proberen om het gedrag van een wild dier te lezen, alvorens te handelen. Daarbij volgt er alleen een waarschuwingsschot in noodgevallen.
Josh geeft instructies om in een rechte lijn achter elkaar te lopen en we manen onze stemmen tot stilte om beter wild te kunnen spotten. We gaan op zoek naar een leeuwin die mogelijk een prooi heeft gevangen. Met onze wandelschoenen strijken we over het lange gras en lopen over drooggelegen stroompjes. “Wacht, zie je deze sporen?” Josh wijst naar de grond. Die zijn duidelijk van een nijlpaard. Fluisterend zegt hij: “Het is een vers spoor. We moeten voorzichtig zijn, want de kans is groot dat het nijlpaard zich in de buurt bevindt.” En inderdaad, nog geen twee minuten later zien we op een kleine vijftig meter de grote dikhuid rustig grazen. We houden onze afstand, want nijlpaarden zijn zeer gevaarlijk wanneer ze zich bedreigd voelen.
We gaan verder, lopend over open grasvlakten, op zoek naar de leeuwen. Die vinden we niet, maar diverse antilopen slaan ons op een afstandje nieuwsgierig gade. We besluiten terug te gaan naar de boot, mede omdat de temperatuur sterk oploopt. Echter moeten we een stukje omlopen omdat er een drassige uiterwaarde ligt tussen het land en de boot. Tijdens het regenseizoen verandert het eiland deels in een moerasachtige habitat. Het is daardoor een dynamisch tafereel van vogels, die uiterst geconcentreerd door het water schieten en er met een prooi vandoor gaan.
Teruggekomen bij de boot, horen we dat een leeuwin een paar honderd meter terug is gezien door de vaarder, niet ver van de waterkant. Wanneer we daar arriveren blijkt dat we op het land nog geen honderd meter van de leeuwin hebben gestaan! Ze ligt beschut onder een boom de restjes van een antilope op te peuzelen. Dichterbij komen wordt te gevaarlijk, dus genieten we vanaf de boot met een drankje en proosten op de avontuurlijke ochtend.
2. Op het water
De Zambezi is een zeer geschikte rivier voor boottochten, om te vissen en te kanoën. Vanaf het water vaar je langs nijlpaarden en krokodillen, spot je grazende buffels langs de kant en kun je olifanten zien baden. Ook zijn er talloze vogels actief rond de rivierbanken.
Daarnaast kun je met een boot gemakkelijk aanleggen bij een van de vele eilandjes om dus een wandeling te maken of te gaan picknicken. Wij doen ook het laatste. Nadat gids Joshua de omgeving gescand heeft op veiligheid, installeren we ons rond een open stukje in het bosrijke gebied. Terwijl de koffie en thee nog staan te dampen, krijgen we onverwachts gezelschap.
Een olifant heeft ons gehoord en geroken, terwijl hij aan het eten is. Langzaam komt hij dichterbij, maar wanneer we rustig blijven zitten en onze stemmen dempen, besluit de dikhuid rechtsomkeert te maken en ons van een afstandje te observeren. “Olifanten zullen niet snel aanvallen als ze zich niet bedreigd voelen en wij niet in zijn ‘ruimte’ komen, dus het enige wat je kunt doen is hun gedrag screenen en kalm blijven”, vertelt Josh terwijl we onze koffie opdrinken.
3. Game Drives
Uiteraard is een echte safari niet compleet zonder een game drive. In Mana Pools zijn de (onverharde) wegen wat beperkter dan bijvoorbeeld in een park als Hwange , maar dit wordt gecompenseerd met de water- en wandelactiviteiten. Vanuit de 4x4 auto’s krijg je in ieder geval een mooi overzicht van het gebied, omdat de uiterwaarden en moerasachtige velden wat lager liggen. Het is een prachtig schouwspel wanneer hier honderden buffels overheen denderen of een hyena de plains oversteken, terwijl een nijlpaard nietsvermoedend uit het water kruipt.
En bij actie, zoals het spotten van de zeer bedreigde painted dogs, kunnen we de Afrikaanse wilde honden goed bijhouden wanneer ze in beweging komen. Bekijk voor meer info ook ons online magazine Pure Off the Road.
4. Bijkomen met Wilderness
Voor bovengenoemde activiteiten moet je wel vroeg je bed uit; om 05.00 uur gaat de wekker, want even na zonsopkomst is de kans het grootst om roofdieren in actie te zien. Wanneer je met Wilderness reist gaat het verder dan alleen een luxe vakantie waarbij je de concessie – en dus alle natuurpracht- bijna voor jezelf hebt. Deze high end touroperator zet zich al 40 jaar in voor natuurconservatie, duurzaamheid en educatie met en voor de lokale bevolking, ter bevordering van toerisme.
En tussen de activiteiten door – tegen vieren ga je weer op pad- kun je bijkomen door een middagdutje te doen, te badderen in het stijlvolle zwembad met uitzicht op de Zambezi, je te laten masseren en te genieten van de heerlijke, lokale gerechten die de chefs creëren.